dinsdag 04 februari 2025
053.
Glimp
Het is een zondagmorgen in augustus
Ter Apel likt de wonden van de nacht
Er is weer eens geplunderd en gevochten
Met moeite is de orde teruggebracht
De chef van de alweer getroffen Jumbo
Maakt toch zijn winkel voor de middag klaar
De koster van de kerk is ietsjes vroeger
En veegt maar weer de scherven bij elkaar
Het is geen rustdag voor de stroom van mensen
Die ook vandaag per bus weer arriveert
Hun koffertjes en shoppers vol met oorlog
Hun kleren door de lange reis verweerd
Zij zijn het niet, die al die rotzooi trappen
Ze blijven meestal maar twee weken hier
De onrust komt van een klein groepje mannen
‘Veiligelanders’ zijn het – op papier
Die moeten terug naar ze weg van vluchtten
De meesten komen uit Noord-Afrika
Onveilig aanbeland in deze uithoek
Verliezers van de welvaartstombala
Zo wordt het dorp, door politiek verlaten
Gedwongen om zich staand te houden in
Het residu van een gebroken wereld
En kijk, daar komt alweer een nieuw gezin
Dat krijgt, op zondagavond in augustus
Een kamertje gewezen, kaal en grijs
Ze zien op de gedeelde televisie
De sluitingsceremonie van de spelen in Parijs
Het meisje, negen jaar, met doffe ogen
Ziet in dit uitzichtloze oord van pijn
Hoe Sifan Hassan goud krijgt omgehangen
En even,
In haar jonge, nu al zo gebutste leven
Krijgt zij een glimp van wie zij ooit kan zijn
2024
Wie deze rubriek volgt, kent zijn werk al, schreef ik over Jan Beuving – net als Pieter Derks (zie gisteren) afgestudeerd aan de Koningstheateracademie.
In het najaar toerde Jan Beuving (1982) met zijn Oudejaarsprogramma 2025 -1. Dat was niet op televisie te zien, omdat hij dat niet wilde, althans niet met de restricties die uitzending volgens de tv-producent vereiste, zoals het weglaten van fragmenten omdat die voor een breed kijkerspubliek te specifiek, te elitair of zelfs te beladen zouden zijn. Jan Beuving staat op zijn strepen. Landelijke aandacht vindt hij natuurlijk mooi meegenomen, maar die mag niet ten koste gaan van zijn kwaliteit. Bovendien heeft hij het niet per se nodig, want hij krijgt zijn welverdiende waardering volop binnen de theatrale en literaire kringen waarin hij verkeert. Als liedauteur voor vertolkers die om een pareltje verlegen zitten, behoort hij immers tot het kleine groepje hofleveranciers waarvan Jan Boerstoel, Jurrian van Dongen, Ivo de Wijs en Willem Wilmink deel uitmaken of -maakten. En als cabaretier speelt hij in inmiddels overal uitverkochte zalen, want door de lovende recensies is de schare liefhebbers snel gegroeid. Kortom: het is tijd voor een ode.
Hierboven Ruitjesblues, met zijn Verzamelde liedteksten
2016-2021. Hieronder zijn boek over Voetbalvereniging FZO
(Flats Zeist Oost), waarvan hij zelf al dertig jaar lid is.
Een ode aan zijn club, maar eigenlijk aan het hele amateurvoetbal!
Die woorden spreekt hij in 2025 -1 zelf uit: Het is tijd voor een ode. Om te vervolgen met: Een ode aan een grote collega in het cabaretvak die dit jaar afscheid nam. Tientallen jaren getoerd, prachtige programma’s gemaakt, iconische liedjes... Maar dit jaar werd hij zeventig en stopte hij ermee. In zijn favoriete theater in Amsterdam nam hij afscheid. Ik heb het natuurlijk over… Theo Nijland. Wie dachten jullie? O, Youp! Verdraaid, die is ook gestopt. Dat is wel sneu; daar is echt nauwelijks aandacht voor geweest. Dat is een heel goede grap.
Wordt vervolgd!