woensdag 01 januari 2025
001.
Koninkrijk
Wat ik na bijna achtentwintig jaar
vooral van je bewaar, is hoe we in
december, de Ardennen, steeds meer
wandelingen gingen maken, boerderijen waar
geen waakvlam aan wou springen, honden
die ons eerst taxeerden, toen kalmeerden dat
zit goed, de vloed die we alleen bedwingen konden
omdat we de verliefdheidsencyclopedie
die ons hart de kast uit had gekwakt
niet hadden opgepakt, nog niet,
dat kwam twee dagen later.
Daarna de waterschakelaar.
’s Ochtends vroeg moest ik, omdat het vroor,
jouw koude kelder door om daar de afgesloten hoofdkraan
open te gaan doen. Na de eerste zoen was ik al
bij je komen wonen. Zie je mij de trap op lopen?
Als ik dan snel bij jou de douche in stapte, sloeg er
Lagerfeld, de bodysplash die wij toen allebei
en elke dag begonnen te gebruiken,
uit jouw huid,
uit de mijne.
Vleug die wij nog steeds tevoorschijn kunnen ruiken.
We gingen veertien januari van het jaar tweeduizend
uit elkaar.
Al bezoeken we het
niet meer vaak
en niet meer tegelijk,
een koninkrijk – het blijft bestaan.
Zoals een universum
zichtbaar wordt,
steekt een van twee
het zonlicht aan,
2024
Poëzieweek 2025 begint al bijna (namelijk altijd op de laatste donderdag van januari, dus dit keer op 30 januari), terwijl het Poëziegeschenk 2024 nog op de stapel met bundels ligt waaruit ik in 2024 had willen citeren. De mooiste bundels neem ik gewoon mee dit nieuwe jaar in en dus ook dat geschenk.
Poëziegeschenk is een bundel met tien nieuwe gedichten en krijg je cadeau als je voor minimaal 12,50 euro besteedt aan (een) dichtbundel(s). De Poëzieweek bestaat sinds 2013 en de achtereenvolgende geschenkauteurs zijn Anna Enquist (2013), K. Schippers (2014), Ilja Leonard Pfeijffer (2015), Stefan Hertmans (2016), Jules Deelder (2017), Peter Verhelst (2018), Tom Lanoye (2019), tien onbekende nieuwe talenten (2020), Maud Vanhauwaert & Rodaan Al Galidi (2022), Ramsey Nasr (2022) en Hester Knibbe & Miriam Van hee (2023). Het twaalfde geschenk – dat waarover het vandaag gaat – is van Edward van de Vendel (2024) en aan het einde van deze januarimaand 2025 is Charlotte van den Broeck aan de beurt.
De Poëzieweek heeft een thema. In 2025 is dat Lijfelijkheid; in 2024 was dat Thuis. Van het achterplat:
Wat betekent thuis zijn? Edward van de Vendel [...] schreef er tien zeer persoonlijke gedichten over – waarin liefde die ontstaat, liefde die vertrekt, ouders die afscheid nemen en lichtgevende vriendschappen de muren en het dak uitmaken van een woning, van een bestaan, van een schrijverschap.
Over liefde die ontstaat én vertrekt gaat het gedicht hierboven; over liefde die alleen vertrekt het gedicht hierna. Let op de vele eind-, binnen-, half- en klankrijmen die Van de Vendels gedichten, vooral het eerste, niet alleen vaart, maar ook vuur geven – nou ja, zo ervaar ik het als lezer. Als lezer nogal vertrouwd met liefde die ontstaat én vertrekt trouwens, misschien helpt ook dat!
002.
Houdbaar
Melkpak.
Houdbaar. Blauw.
Het is magere, dus van jou.
Je hebt een trein genomen de je nog niet nemen zou,
en je zei, vlak voordat je instapte, opeens:
‘Ik heb je sleutels op de tafel neergelegd.’
Toen was het echt.
Nu is het echter,
melkpak, houdbaar, blauw.
Je hebt je weggaan hier onaangebroken
in mijn koelkast laten staan, je schaterlach erin,
je zingend koken, de mix van ons vertrouwd
en onbekend zijn met elkaar, heel
ons geluk en ons gevaar,
0,3% vet.
Nu we zijn losgemaakt
heeft zich iets vastgezet –
een vleermuis van verdriet
op fladderdrift geraakt
boven dat bosbrandlandschap tussen jou en mij,
haar klauwtjes radeloos gehaakt
aan dat wat bleef.
Twee oude T-shirts in mijn kast,
een fotolijst waarin jij mij jou blij bekijken ziet,
een mager melkpak, blauw,
even houdbaar als het leven,
dat wil zeggen:
niet.