zaterdag 23 november 2024
Laatste gedicht over Hannes en Hassan
Hannes en Hassan
hebben eeuwigheidswaan.
Ze weten het zeker: ze zullen altijd bestaan.
'Maar de dood dan,'
vraagt een schildpad die langs komt gekropen,
'de dood is het einde!'
'Daar staan wij voor open,'
zegt Hannes (of Hassan),
'alleen: wij gaan dus blijven.'
'Ja,' zegt Hassan (of Hannes),
'en met grotere lijven!'
'Met blótere lijven!'
voegt de ander eraan toe.
'Hoezo?' vraagt een ezeltje.
'Nou, wij worden een koe,'
zegt Hannes (of Hassan),
'met doodbruine vlekken.'
'Roodbruine,' zegt het varken,
maar met geërgerde bekken
verklaren Hannes en Hassan:
'En als wij dan nóg eens
het doodje gaan leggen ...'
(het loodje, denken de ganzen,
maar ze zeggen het niet)
'... en jullie huilen hier allemaal
jullie koeienverdriet,
dan worden wij …' —
hier pauzeren ze even,
Hassan en Hannes,
twee katten die leven —
'... dan worden wij
Wolken In De Avond Die Uit Zijn Gespreid.
Want dat is wat dood is:
je wordt uitgebreid.
Je wordt mooier
en rooier
en méér.'
'Ja, lieve vrienden,
'zegt Hannes (of Hassan),
'de dood is een eer!
En voordat ze samen het hoekje om draaien,
met staarten die fraai maar achteloos zwaaien,
lacht Hassan (of Hannes):
'Dat is wat wij geloven.'
Waarna iedereen schreeuwt:
'Bedoel je
beloven?'
2024
Hier schreef ik over Gelukkig & Blij, de bundel van Edward van de Vendel (gedichten) en Martijn van der Linden (illustraties) over het groepje dieren van zorgboerderij Gelukkig & Blij, onder wie de katten Hannes & Hassan en koe Gouden Roos.
Hannes & Hassan krijgen nu hun eigen podium met Hannes en Hassan weten meer dan jij. Daarin is Gouden Roos overigens weer springlevend, want in kinder)boeken kan dat.
Hannes en Hassan weten meer dan jij is deel 1 in de serie 12½-dichtbundel: Twaalf gedichten over een bijzonder onderwerp en twaalf tekeningen van een bijzondere tekenaar. Plus een half gedicht als vooruitblik op de volgende bundel.
Boven dat halve gedicht geeft Van de Vendel al de titel van deel 2: Tantes zijn fantastisch (ooms ook). Philip Hopman maakt dit keer de tekeningen.
Ik ga vandaag iets idioots over mezelf vertellen.
Dat komt, ik heb een oom die ik de hele week kan bellen.
Ik heb een oom die ik de hele week kan plagen.
En opzoeken. En knuffelen. En altijd alles vragen.
Ik wou over mijn oom begin dit jaar een spreekbeurt doen.
Maar het moest over een dier. Nou ja, dat deed ik toen.
Over een wombat deed ik het, maar daar gaat het nu niet om.
Dit gaat over mezelf. Hoe ik een sukkel was een stom.
Dan volgt een beletselteken, want… op deel 2 moesten we nog wachten.