Gedicht gedacht

 Poëzie is alledaags in de zin dat het voor iedere dag is (Carol Ann Duffy)

Een sinds 2016 dagelijkse en vanaf 1 januari 2020 wekelijkse, maar daarna toch weer iets vakere rubriek met gedichten en gedachten daarover. Het levensmotto blijft: ik ben onderweg om mooie dingen aan te raken.

------

Voor wie een handvat zoekt:
Met de pijl rechts van ARCHIEF (zie onderaan deze pagina) ga je terug naar het vorige jaar;
met de pijl links naar het volgende. Handiger zijn deze links: daarmee ga je naar de 
inhoudsopgaven van 2024-1 (A-F), 2024-2 (G-K), 2024-3 (L-R) en 2024-4 (S-Z),
2023-1 (A t/m K) en 2023-2 (L t/m Z), 
2022-1 (A t/m K), 2022-2 (L t/m Z) 2021-1 (A t/m K), 2021-2 (L t/m Z), 2020-1 
(A t/m K), 2020-2 (L t/m Z), 2019, 20182017 en 2016.

Week 34 - 474. Gerard Reve: Droom

zaterdag 31 augustus 2024

Vannacht verscheen mij in een droomgezicht mijn oude moeder,
eindelijk eens goed gekleed:
boven het woud waarin zij met de Dood wandelde
verhief zich een sprakeloze stilte.
Ik was niet bang. Het scheen mij toe dat ze gelukkig was 
en uitgerust.
Ze had kralen om die goed pasten bij haar jurk.

1962


Ingezonden brief in de Volkskrant van zaterdag 24 augustus:

Reve


In de bieb verstoffen talloze prachtboeken van oude schrijfhelden langzaamaan tot oudpapier, een beetje zoals voddige oude asielkatten die niemand meer wil. Aleid Truijens schrijft er prachtig over (Ten eerste, 20/8 [1]) en citeert uit een van de mooiste gedichten van Reve.
Een man die, ooit volstrekt ondenkbaar, ook amper meer gelezen wordt. Maar, zoals de grote volksschrijver zelf altijd riep: 'Niet tobben! Moedig voorwaarts!' Er zijn godzijdank genoeg jonge schrijvers met waanzinnig goede verhalen.
Toch, om hem in het jaar van zijn 100ste verjaardag nog eenmaal de sprankelende luister en eer te geven die hem toekomt, wil ik graag het complete gedicht aanbevelen, daterend uit de tijd dat hij nog Gerard Kornelis heette. Waarschijnlijk voor de allerlaatste keer dus.

Trees Roose, Haren


[1]
Fragment van Aleid Truijens’ column Boeken in het voorportaal van de eeuwige vergetelheid – wie wil ze redden?

De Openbare Bibliotheek in Amsterdam wijdt een piepkleine tentoonstelling aan een droevig fenomeen: boeken die niet meer worden gelezen. Bekommerde lezers richtten de Ongelezen Boeken Club op, in de hoop dat ze verweesde meesterwerken een nieuw baasje kunnen bezorgen.
De OBA-hoofdvestiging heeft in een depot 400 duizend boeken staan, die zelden worden uitgeleend. Het is een voorportaal van de dood, want boeken die nooit meer worden uitgeleend, de ‘nullijst’, zullen worden geruimd. Hartverscheurend, als je bedenkt hoeveel inspanning en hartenbloed het kost om een boek te schrijven, zelfs een slecht boek.
Een deel van die nullijst, lees ik, gaat naar gevangenissen en azc’s […]. De rest gaat door de shredder. Er komen almaar boeken bij; het wordt steeds drukker in de boekenhemel. Als er geen papieren boeken meer zijn, zullen vergeten boeken nog lang ronddobberen in de digitale eeuwigheidssoep, maar wie dregt ze op?
In de OBA hangt de nullijst niet – gelukkig, je zal er maar op staan. Wel kun je op een ouderwetse telefoon een willekeurig nummer bellen, dan krijg je informatie over een vergeten boek. Je kunt zo’n boek redden en het komen ophalen. […]
De OBA wijdt ook een paar vitrines aan Gerard Reve, die ruim honderd jaar geleden werd geboren. Veel is het niet, een paar pagina’s manuscript, wat briefjes. Foto’s van de gelukkige Gerard en Hanny Michaelis en van de befaamde Kus voor Marga Klompé, een plukje haar van Teigetje. En het handgeschreven gedicht Droom, over Reves overleden moeder: ‘Ze had kralen om die goed pasten bij haar jurk.’ Reve, postuum steeds meer een verguisde, ongepaste schrijver en binnenkort achteloos vergeten, de magistrale Reve, om wiens werk ik zo vaak heb gehuild en gelachen, liefst tegelijk, díé wilde ik wel redden – maar hoe?


Meer gedichten van Gerard Reve in deze rubriek:
Ballade van het eenzame hart 
Dagsluiting
 
Liefde
Op mijn ouderdom
Roeping

Archief 2024