Gedicht gedacht

 Poëzie is alledaags in de zin dat het voor iedere dag is (Carol Ann Duffy)

Een sinds 2016 dagelijkse en vanaf 1 januari 2020 wekelijkse, maar daarna toch weer iets vakere rubriek met gedichten en gedachten daarover. Het levensmotto blijft: ik ben onderweg om mooie dingen aan te raken.

------

Voor wie een handvat zoekt:
Met de pijl rechts van ARCHIEF (zie onderaan deze pagina) ga je terug naar het vorige jaar;
met de pijl links naar het volgende. Handiger zijn deze links: daarmee ga je naar de 
inhoudsopgaven van 2024-1 (A-F), 2024-2 (G-K), 2024-3 (L-R) en 2024-4 (S-Z),
2023-1 (A t/m K) en 2023-2 (L t/m Z), 
2022-1 (A t/m K), 2022-2 (L t/m Z) 2021-1 (A t/m K), 2021-2 (L t/m Z), 2020-1 
(A t/m K), 2020-2 (L t/m Z), 2019, 20182017 en 2016.

Week 29 - 387-388. Joke van Leeuwen: De...

dinsdag 23 juli 2024

De Schrapperstraat

Cultuur is voor de levenden een zegen
Maar ja: wat is cultuur nog in dit land?
Heer Bosma met poëmen in de hand,
Rotondes middelmatigs in de regen.

Geef mij wat niet benauwt, wat blijft bewegen
Al lijdt het schade, raakt het aan de kant
De wolken pakken zich al saam, omrand.
De tol is zwaar, de kunst heeft de wind tegen.

Er is zoveel, zo schoon, zo onverwacht.
Benepenheid heeft wonderen gehavend
Orkesten, opeens, hogelijk geschaad

Dit heb ik bij mijzelve overdacht,
Afwegend, op een miezerige avond,
Domweg onrustig, in de Schrapperstraat.

2024


Parodie op De Dapperstraat, dat beroemde gedicht (uit 1945) van J.C. Bloem. Hier het origineel, vergezeld van een parodie van de meester van dit genre: Gerrit Komrij.

NRC, 26 juni:
Joke van Leeuwen nodigt ons uit in de speeltuin van de poëzie deze zomer. De komende weken publiceren we een aantal parodieën die ze maakte op bekende Nederlandse gedichten.
‘Het is heel iets anders dan wat ik gewoonlijk schrijf’, vertelt Van Leeuwen over haar parodiepoëzie. ‘Normaal schrijf ik romans, kinderboeken en een heel ander soort poëzie’, zegt de veel bekroonde auteur en tekenaar. […] ‘Maar af en toe heb ik tussendoor zin om een parodie op een bestaand Nederlands gedicht te schrijven. Het is niet bedoeld als kritiek op dat gedicht, maar ik zie het als een spel, om al associërend een parodie op zo’n gedicht te maken. Je kan er in reageren op actuele zaken, terwijl ik ondertussen zo dicht mogelijk bij de oorspronkelijke klanken van het gedicht wil blijven. Dat is een leuke uitdaging.’
Een paar van Van Leeuwens gedichtparodieën zijn komende weken zo af en toe hier te lezen.

Het eerste is dus haar parodie op De Dapperstraat, het tweede, gepubliceerd op 10 juli, parodieert een niet minder bekend en nog ouder (uit 1926) gedicht: De tuinman en de dood van P.N. van Eyck. Lees hier het origineel, daar afgedrukt naast een erdoor geïnspireerd lied van Jules de Corte


De topman en de dood

[Een ondergeschikte spreekt:]

Vanmorgen gaf mij onze topman door:
Kom ogenblikkelijk naar mijn kantoor.

Ik heb de dood gezien. Hoe komt die hier?
Dit moet je doen. Het staat al op papier.

Zet hem op straat, want ik ben zeldzaam goed
Waardoor ik dus in leven blijven moet.

Ik wilde toch al naar het buitenland
Vanwege dat gezwatel in de krant

Over vermogens die die linksen zwaar
Willen belasten. Ligt mijn jacht al klaar?

Weg was hij. Bij de koffieautomaat
Zag ik de dood. We hebben wat gepraat.

Dit hoort niet, zei ik, dit is ongepast.
Glimlachend zei hij: Ach, ik was verrast

Toen ’k ’s morgens bezig zag uit alle macht
Die ’k ’s nachts uit zee moest halen naast zijn jacht.

2024

Archief 2024