maandag 19 februari 2024
Laat anderen maar vrije verzen blaten
Aldus een letterkundige baron
Ik hoef het niet bij rijmloosheid te laten
(Mijn lasten blijken lager dan mijn baten –
Dat wist ik al eer ik hieraan begon)
Maar maak gebruik – u heeft het in de gaten –
Van alle letters in de grabbelton
2001
Tot slot van deze Drs. P-week enkele keren aandacht voor alle rijmvormen die Heinz Polzer bedacht. Zoals de grabbelton. De auteur hierover in de inleiding van zijn gelijknamige bundel, uit 2001:
De grabbelton is in principe een vijfregelig versje (pentameter [1], abaab; a vrouwelijk, b mannelijk [2]), waarin het laatste rijmwoord alle letters bevat die in de voorgaande rijmwoorden optreden.
Hierboven kiest hij dus niet voor vijf, maar voor zeven regels. Op zich in deze rijmvorm niet eens zo lastig, want door het rijm bestaat de beklemtoonde lettergreep sowieso uit dezelfde letters, althans bij Drs. P, die zichzelf de eis oplegde dat zijn rijm niet alleen het oor, maar ook het oog moet aanspreken. Zo rijmt bij hem dus wel op po, maar niet op ‘cadeau’; karwei wel op zei, maar niet op zij.
Zeven regels. Rijm: abaabab. De (vrouwelijke) a-rijmen met de letters a-t-e-n, voorgegaan door b-l in regel 1; die l komt in regel 3 nogmaals voor en vervalt daar dus. In regel 4 en 6 zijn het de b (ook in regel 1) en de g. De (mannelijke b-rijmen hebben de letters o-n, maar die n hebben we al in het vrouwelijk rijm van de regels 1, 3, 4 en 6 en komt dus te vervallen. Aan deze o en n gaan vooraf de r (regel 2), g (regel 6) en t (regel 7). De g en t hebben we al en die vervallen dus. Bij elkaar de letters a-t-e-n-b-l-g-o-r. Door de dubbele b ook twee keer te gebruiken (dus zowel die van regel 1 als die van regel 4) vormt Drs. P hieruit het laatste rijmwoord, dat van regel 7: grabbelton.
Een variant op de grabbelton is de lobbertang (een anagram [3] van grabbelton dus). Drs. P: Een grabbelton waarin het eerste rijmwoord een anagram van het laatste is. […] De opgave is verleidelijk, aangezien die procedé aan de tekst een attractie toevoegt; nog mooier wordt het met een tweede anagram ergens onderweg.
Zoals hier dus, want ergens onderweg is regel 3.
Wat doen we met verkrampten en morbiden?
Helaas, ze vallen buiten elke norm
Men kan hen wat kalmeren met bromiden
Maar zijn ze te genezen met boriden?
Geenszins. Ach, stuur hen maar naar Benidorm
Het kan nog ingewikkelder met de notlebbarg – de naam is een palindroom [4] van het woord grabbelton en precies dat procedé past P toe.
‘Nu moet ik mijn gehoororgaan doorboren
Daar Nero mij dit oorversiersel bood….
Hoe gaat’ (aldus Poppaea) ‘dat met oren?
Gebruikt men dan een doorn – of is het doren?’
Ze kauwde peinzend op haar Nerobrood
Het laatste rijmwoord, Nerobrood (en dat bestaat echt), is een palidroom van het eerste: doorboren.
[1]
Versregel die bestaat uit vijf versvoeten. Een versvoet is een eenheid van beklemtoonde en onbeklemtoonde lettergrepen, zoals de jambe (daling + heffing, zoals in het woord geluk) en de dactylus (heffing + daling + daling, zoals in het woord lengtemaat).
HIERNA (EN OOK IN DE VOLGENDE BIJDRAGEN) STEEDS AANGEGEVEN ALS - (= BEKLEMTOOND, OOK WEL HEFFING GENOEMD) en v (= ONBEKLEMTOOND, OOK WEL DALING).
[2]
Mannelijk (staand) rijm: na de beklemtoonde lettergreep volgt geen lettergreep meer, zoals in lint- gezwind;
vrouwelijk (slepend) rijm: na de beklemtoonde lettergreep volgt nog een onbeklemtoonde, zoals in linde-gezwinde;
glijdend (onzijdig) rijm: na de beklemtoonde lettergreep volgen er nog twee onbeklemtoonde, zoals in hinderen-kinderen.
[3]
Een anagram is een woord dat is gevormd uit de letters van een ander woord, zoals grondzeil is te herschikken tot zoldering.
[4]
Een palindroom (keer- of spiegelwoord) is een woord of een zin waarin de letters symmetrisch gerangschikt zijn. Oftewel: je kunt het woord zowel van voor naar achter lezen als andersom. Voorbeelden: dood en stormrots.