vrijdag 01 april 2022
Het einde van elke oorlog behalve deze
Zoals het gaat: de ene partij
krijgt de overhand, de andere geeft op,
aan de late kant. Het stopt.
Hoewel slachtoffers ontelbaar zijn
worden ze geteld en nageteld.
Wat belangrijk is wordt opgeschreven
en aan kinderen geleerd.
Wat niet wordt opgeschreven
wordt onthouden, maar dat is toch anders.
Soms loopt de frontlijn
dwars door landen, dorpen, gezinnen.
Na een oorlog of ervoor
kan dat verbazing wekken.
Maak een grap, zeg ik.
Doe het zelf, zeg jij.
We lachen.
2022
Gedicht uit Het einde van de poëzie, de tiende bundel van Mark Boog (1970), die ook zes romans schreef.
Toen de bundel verscheen, was er nog geen sprake van het binnenvallen van Oekraïne door Rusland. Maar omdat dit nu wel actueel is, kies ik voor dit gedicht, afkomstig uit de afdeling Eindes. En voor dit al even toepasselijke gedicht, uit de afdeling Systemen.
Alle leiders van alle landen
van alle werelden
(er zijn een paar werelden)
in één ruimte bij elkaar.
Deur dicht. Er mag verder
niemand in. Nu kijken we
of er iets verandert.
Horen we geanimeerde gesprekken
of het landen van vuisten
op weke kinnen?
Zien we rond de afgesloten ruimte
de velden langzaam groener worden
of verdorren?
Beweegt ineens de kamer
waarin we de leiders weten?
Ja! De ruimte met alle leiders
van alle landen begint te rijden,
is het laadruim van een koelwagen.
De wagen verdwijnt langzaam
uit het zicht. Er klinkt geschreeuw,
maar dan zingen de vogels alweer,
de schitterende vogels.
Terug naar de afdeling Eindes. Niet voor nog een wereldramp, maar voor de persoonlijke ramp die iedereen in zijn leven wel eens (heeft) mee(ge)maakt:
Het einde van bijvoorbeeld liefde
Je kunt het je voorstellen
en dat is genoeg. Het verschijnsel,
in zijn midden geboren,
heeft een begin gekregen en een einde.
Langs de deurpost, naast de streepjes
die door groeiende kinderen
omhoog werden geduwd,
verschijnen maatstaven, ijkpunten,
minimumeisen.
Aan de muren verwijtende prenten,
replica’s, van oude meesters.
Weet je nog hoe we in deze zelfde kamer
ditzelfde gesprek voerden?
Een stofweb in de verste hoek ban het plafond
schommelt teder in de tocht,
een wieg, door onzichtbare hand bewogen,
waarin niemand slaapt
en wij.