vrijdag 26 maart 2021
Weet je meisje, op een dag
spelen wij onze laatste speeltijd
duw ik je hoger en hoger om je schater
de golfslag van je haren, je rug
die steeds terugkeert in mijn handen
kaften wij ons laatste boek
vertel ik jou over een jonge god
die de golven uit hun evenwicht haalde
met ogen als gesloten schelpen
zitten wij aan ons laatste strand
handen verstrengeld rillen wij ons warm
in het licht van de stervende zon
in een samen zwijgen
2020
Vervolg van gisteren.
De laatste drie gedichten van de bundel. Ze vormen samen de afdeling die als motto regels kregen uit een beroemd lied van Leonard Cohen:
Dance me to the wedding now
dance me on and on
Dance me tot the end of love
Het bovenstaande is het eerste. Daarna volgen deze twee van de liefdescyclus.
Weet je jongen, op een dag
fietsen wij onze laatste schooldag
in een tempo dat barst van belofte
volg ik de beweging van je rugzak
binding en vangnet voor mijn loslaten
schieten wij onze laatste kermisroos
niet meer voor de zorgende maar
voor de prille vrouw die al jouw rood claimt
jouw binnenwereld bezet
wachten wij op onze laatste trein
geborgen in elkaars schouders
verliezen wij de verloren tijd
komen wij dichter bij wie we zijn
Weet je liefste, op een dag
soppen wij ons laatste ontbijt
met een klapperende tandprothese
en een kunstheup houden wij onszelf
en onze conversatie levendig
delen wij onze laatste krant
waarin een afgerukt been een bloemetjesjurk
weerzin wekt bij de ene bij de andere wrevel
om de foute raming
luisteren wij in ons laatste bed
naar oprisping van gal de dissonante piep
in de luchtpijp, toondichten wij ons requiem
in een tedere verstrengeling