vrijdag 19 maart 2021
Gemaakt om heerlijk dichtbij te zitten
zwijgen. Ze kunnen stralen
als je iets fijns hebt gedaan.
Maar zichzelf in woorden vertalen,
lukt niet zo best.
Hebben ze zo slecht opgelet op school?
Vaders houden vast wedstrijden
met andere vaders: wie spreekt het
minst met zijn kinderen? Maar vader wint
vast altijd.
Als ik hem nu eens taalles geef?
Elke avond moet hij me nazeggen:
Was het leuk vandaag?
Gaan we zaterdag zwemmen?
Wanneer fietsen we nog eens samen?
Heb jij geen extra zakgeld verdiend?
Als hij dan goed studeert,
mag hij langer opblijven
met mij. Heerlijk dicht bij mij
samen zwijgen.
2020
Vervolg van gisteren.
Twee gedichten uit het eerste hoofdstuk, getiteld Vader en moeder. Hierboven over een vader die, zo blijkt een paar gedichten later, dan al op het punt van vertrek staat; hieronder een brief gericht aan diezelfde vader, aangezien moeder het daarna financieel niet meer heeft kunnen bolwerken.
Brief
Beste papa, mama huilt. Vreemde mannen
nemen onze teevee mee, ook de wasmachine,
de tafel, stoelen… Ze stapelen alles in een
vrachtauto. Een meneer met een das
noteert luidop in een smartphone: ‘Eén kleuren-
televisie Samsung, één ronde tafel, drie lederen
zetels…’ Geen traan komt op zijn lijst.
Mijn schoolboeken weigert hij. Mijn fiets
wil hij wel. Mijn postzegels bekijkt hij
niet. Mijn iPad weegt hij en geeft hij
ook mee aan de dieven. Mijn verzameling
stenen, mijn plakboek Rode Duivels, mijn goed
rapport vindt hij niets waard. Mijn schaatsen wel.
Bijna lach ik omdat het dooit
buiten, maar binnenin vries ik dicht.