zaterdag 27 februari 2021
De keuze is eigenlijk simpel.
Of we stappen in de neerwaartse spiraal van geweld die geweld oproept.
Of in de opwaartse spiraal van geweld die liefde ontketent.
Liefde die alles overstijgt.
Het volstaat te herinneren waar we vandaan komen
en waar we terug naar toe bewegen.
Ons te ontdoen van alle vormen waarmee we ons identificeren
en dan voelen we waar het eigenlijk om draait.
De aarde draait om zijn as.
Een mensenleven draait om liefde.
Liefde die licht en schaduw omarmt.
Daar begint het, en daar houdt het op.
2018
Johan Van Steen
Februari 2016. Een ijzige, regenachtige dag bij valavond aan de IJzer. Johan fotografeerde de rivier die het laatste licht opving. Niet de vaak bezochte plek ernaast. De plek die mijn aandacht trok. De herdenkingsplaats in Diksmuide van de vele oorlogsslachtoffers op onze bodem. Twee maanden later werd Johan gedood in een aanslag. De foto spreekt van Johan. Hoe hij tegelijkertijd voorgrond en achtergrond kon zien, licht en schaduw. De foto kwam als vanzelf op zijn rouwprentje terecht en is opgedragen aan alle getroffenen van oorlogs- en terreurdaden, en aan de familie en vrienden die hen in het hart dragen. Een uitnodiging mee in het licht naast de schaduw te staan.
Zo begint Waar blijf ik met dat licht van mij? Dat is natuurlijk de beroemde regel van Hans Andreus, afkomstig uit zijn Laatste gedicht. Maar het is ook de titel van het boek van Kristin Verellen (teksten) en Johan Van Steen (foto’s), dat in 2018 verscheen. Daaruit is het gedicht van vandaag afkomstig, evenals bovenstaande inleidende tekst en foto. En deze:
Liefde wint. Altijd.
Op 22 maart 2016 wordt België hard getroffen. In de ochtend grijpen er twee terroristische aanslagen plaats in Brussel. Eerst in de luchthaven van Zaventem, dan in het metrostation Maalbeek. In totaal zijn er 32 doden en meer dan 270 gewonden van verschillende nationaliteiten. Allen zijn ze iemands ouder, vrouw, man, kind, broer, zus, vriend, vriendin. Het trauma raakt ons ook collectief. Onze samenleving is diep geschokt.
Johan zit in het metrostel waar de bom ontploft. Hij is op slag dood, maar dat verdict hoor ik pas na drie en een halve dag zonder nieuws van Johan. Zijn gsm blijft rinkelen, maar niemand neemt op. Drie lange dagen van hoop en wanhoop.
Een maand na de afscheidsviering wordt zijn gsm in een bruine papieren zak thuis geleverd. Verwrongen en met een versplinterd scherm. Instinctief steek ik de stekker in het stopcontact. Het beeldscherm licht onverwachts op. En na een tijdje plots zijn screensaver. Het Boeddhagelaat dat hem al jaren vergezelt, straalt door de glasscherven heen. Ik hap naar adem. Ben plots klaarwakker. Helderder kan een boodschap niet zijn.
Waarom schrijf ik pas in 2021 over een boek uit 2018? Omdat er zojuist een nieuw boek van Kristin Verellen verscheen, getiteld Meer dan ik.
Met gedichten en tekeningen gaat zij hierin in dialoog met spiritueel-filosofische teksten. Centrale vraag: wat is de relatie van het ik met alles wat is? Omdat de poëtische gedachten lijden onder de grote invloed van filosofie, wetenschap, spiritualiteit en yoga in Oost en West, merkte ik al snel dat dit geen boek voor mij is. Maar ik moest wel meteen denken aan dat eerste boek, waarmee haar vrije dans van een intieme waarheid met een eeuwenoude collectieve wijsheid begon. En dat boek had hier niet onopgemerkt mogen blijven. Vandaar nu alsnog.