maandag 11 januari 2021
We kregen slaag voor elkaars zonden,
slaag in lettergrepen en met het woord van God.
Vóór het donker betekende op tijd thuis.
De matras van mijn oma
kende de ochtendadem
van elk van mijn
broers en zussen,
neven en nichten
en de kinderen van de buur
bij naam.
Eén enkele matras op de vloer was genoeg voor ons allen.
Boterhammen werden gesmeerd met iRama
en opgerold als worsten;
we aten ze met zwarte rooibos, we vroegen geen kaas.
We waren voldaan.
Mijn neven, nichten en ik zaten rond een grote kom umngqusho,
ieder met zijn eigen lepel.
Suikerwater rondde de maaltijd af.
We waren thuis en heel.
Maar
is het niet grappig?
Dat, wanneer ze ons over onze zwarte kindertijd vragen,
onze pijn het enige is wat hen interesseert,
alsof de blije momenten toevallig waren.
Ik schrijf ook liefdesgedichten,
maar
jullie willen alleen maar mijn in protest opengesperde mond zien,
alsof mijn mond een wonde was
met etter en gangreen
als plezier.
2020
Van het achterplat:
Met een pijnlijk open oog schrijft de Zuid-Afrikaanse Koleka Putuma over de harde contradicties van haar eigen wereld en over het rauwe, nog steeds niet verwerkte koloniale verleden van haar volk, over de moeilijke relatie met haar traditionele familie en haar afkeer van de zwarte macho militanten die zich tegenover gedragen als herboren koloniale heren. Maar ze doet dat met een grimmige en meeslepende zin voor humor.
Koleka Putuma (1993) debuteerde in 2017 met Collective Amnesia, een bundel die het meteen tot beststeller schopte. Ze wordt gezien als de belangrijkste jonge Zuid-Afrikaanse dichteres. In haar werk heeft ze het over actuele thema's zoals ras, homofobie en de effecten van machtsstructuren. Ze weet haar poëzie ook prachtig te brengen, getuige daarvan het feit dat ze de eerste winnaar van het nationale slam-kampioenschap in Zuid-Afrika werd.
Geen woord te veel of te weinig over Collectief geheugenverlies. Indrukwekkende debuutbundel, vertaald door Ludo Abicht (1936), docent filosofie en literatuur in Canada en Vlaanderen en vertaler van onder anderen Emily Dickinson en Pablo Neruda.