Gedicht gedacht

 Poëzie is alledaags in de zin dat het voor iedere dag is (Carol Ann Duffy)

Een sinds 2016 veelal dagelijkse rubriek met gedichten en gedachten daarover.
Dit vanuit het levensmotto: ik ben onderweg om mooie dingen aan te raken.

------

Voor wie een handvat zoekt:
Met de pijl rechts van het kopje ARCHIEF (zie onder het gedicht) ga je terug naar het vorige jaar;
met de pijl links ga je vooruit naar het volgende.
Maar veel handiger zijn deze links: daarmee ga je direct naar de inhoudsopgaven van:
2024-1 (A-F), 2024-2 (G-K), 2024-3 (L-R) en 2024-4 (S-Z)
2023-1 (A t/m K) en 2023-2 (L t/m Z) 
2022-1 (A t/m K) en 2022-2 (L t/m Z)
2021-1 (A t/m K) en 2021-2 (L t/m Z)
2020-1 (A t/m K) en 2020-2 (L t/m Z)
2019, 20182017 en 2016.

Week 39 - 273. Ramses Shaffy: Eens in de honderd jaar

maandag 30 september 2019

[Beluister hier.]

Het aangespoelde kind ontdoet zich van het zeewier
Rukt de schelpen van zijn huid
Hij gaat op puur instinct de levenslange weg op
Schopt de steentjes voor zich uit

Mama, eens komt hij thuis
Eens in de honderd jaar vindt hij zijn huis

Al gauw belandt-ie in een kinderhuis
Waar-ie 'm de eerste dag al is gesmeerd
Ze vinden hem weer terug en straffen hem ongenadig
En denken: zo, dat heb je afgeleerd

Mama, eens komt hij thuis
Eens in de honderd jaar vindt hij zijn huis

Hij leert al snel vertrouwen op zijn eigen kracht
En wantrouwt alles tot zijn dood
Hij verklaart de oorlog aan het kinderhuis
En saboterend wordt hij groot

Mama, eens komt hij thuis
Eens in de honderd jaar vindt hij zijn huis

Hij krijgt een heel gedegen delinquente scholing
En munt uit door zijn techniek
Hij wordt met vaste hand vroeg ingewijd
In alle kleuren van de erotiek

Mama, eens komt hij thuis
Eens in de honderd jaar vindt hij zijn huis

Hij laat zich later in de wereld gelden als een kind
Dat nooit een eigen naam had
Hij steelt het speelgoed van zijn vriendjes weg
Omdat hij zelf nog nooit eens iets bezeten had

Mama, eens komt hij thuis
Eens in de honderd jaar vindt hij zijn huis

Hij zoekt zijn leven lang naar
Vader, moeder, broer en zus die hij nooit heeft gekend
Hij slaat zijn hart te pletter in de maffe jungle
En denkt alleen maar: alles went

Mama, eens komt hij thuis
Eens in de honderd jaar vindt hij zijn huis

1974


Gerrit den Braber: ‘Ramses had me dit lied een keer voorgezongen en ik vond het zo mooi dat ik zei: “Hier gaan we een single van maken.” In die periode had Ramses veel problemen met de fiscus. En op een gegeven moment kwamen politie en belastingdienst bij hem langs om zijn inboedel in beslag te nemen. Het enige van waarde dat Ramses bezat was zijn vleugel en die wilde hij natuurlijk voor geen goud kwijt. Ramses ontving die mensen met allure. Hij zei: “Heren, wat fantastisch dat u er bent, gaat u zitten.” Hij sleepte allerlei matrassen en drank aan en zette hen om de vleugel. Vervolgens zei hij: “Ik heb net een nieuw stuk gecomponeerd en daar moet u even naar luisteren, het heet Eens in de honderd jaar.” Ramses kreeg het voor elkaar dat die mensen, die voor iets totaal anders gekomen waren, rustig gingen zitten en het refrein luidkeels meezongen. Daarna zei Ramses: “Nu begrijpt u waarschijnlijk wel dat ik deze vleugel niet kan missen.” Dat begrepen ze inderdaad en ze zagen ook meteen in dat er verder niets te halen viel, dus ze zijn onverrichter zake vertrokken.’

Voor toelichting: lees hier.

Archief 2019