donderdag 11 juli 2019
[Beluister hier de vertaling van Martine Bijl, 1970]
[Beluister en bekijk hier het origineel van Anne Sylvestre, 1966]
Men zegt dat Lazare en Cécile
Op een maanverlichte nacht
Zwijgend vluchtten uit het dorpje
Waar ze waren grootgebracht.
Dat de maan Cécile tooide
Met een stralend bruidstoilet,
Rond Lazare een mantel plooide
Met de zilveren dauw bezet.
Ach - men had wel in de gaten
Dat Cécile een rare was,
Dat ze met de vogels praatte
En soms danste in het gras.
En men lachte om Lazare
Die zijn bootjes van papier
In het zwarte ven liet varen
En dan straalde van plezier.
Men zegt dat Lazare Cécile
Aansprak op een zomerdag,
Dat Cécile hem herkende
Bij de eerste oogopslag.
Want zijn wereld was de hare -
Men bekeek hen met wat spot,
Maar men had niet veel bezwaren
Ach, de dwaas zoekt toch de zot.
Toen de eerste bladeren vielen
Ging de roddel door de straat
Dat ze dikker werd, Cécile
En de spot sloeg om in haat.
Daar beneden zou ze branden,
Die de duivel had bemind
Maar Cécile vouwde haar handen
Om haar ongeboren kind.
Men zegt dat Lazare en Cécile
Op een maanverlichte nacht
Zwijgend vluchtten uit het dorpje
Waar ze waren grootgebracht.
En ze gingen op de vleugels
Van de late zomerwind
Naar een land achter de heuvels,
Naar een toekomst voor hun kind.
Misschien dat het dorp verwachtte
Dat ze boetten voor hun daad,
Misschien zag men in gedachten
Al hun lijkstoet in de straat.
Maar wie lang heeft moeten leven
In een diepe eenzaamheid
Wil zijn leven niet meer geven
Als de liefde hem bevrijdt.
Men zegt dat Lazare en Cécile
Zijn getrouwd diezelfde nacht,
Bij het ven waar ze zo dikwijls
Op elkaar hadden gewacht.
En de maan vormde twee ringen
Waar zijn beeld in tweeën brak
In de rusteloze kringen
Van het zilveren watervlak.
Ik alleen zag hoe ze gingen
Want ik had hun vlucht verwacht.
Nooit zal iets het beeld verdringen
Van hun schoonheid in die nacht
O Cécile, o Lazare,
Wees gelukkig met je kind,
Want een hart kent geen bezwaren
Als het zondermeer bemint.
1970
Martine Bijl (lees ook hier en hier) is overleden. Daar wil ik nu (als ik dit schrijf, is het 4 juni) nog even geen woorden voor hebben. Dus laten we haar zelf spreken. Met De Dood zegt..., met die twee regels die de laatste jaren zo op haarzelf van toepassing waren:
Hij neemt een hap uit je verstand,
Hij likt de glans van je gezicht.
Lees hier.
En met een van haar mooiste liederen: haar eigen vertaling van Anne Sylvestres Lazare et Cécile. Afkomstig van deze LP, uit 1970: