donderdag 03 januari 2019
Mensje, hoe oud zijt ge?
Zeventien jaren pas?
Zeg me – wat maakt u zo grijs
En doorgroefd?
“Kaliumpermanga-
naatoxydatiepro-
ductievergiftiging”
Klonk het bedroefd
1992
Vervolg van gisteren.
Jaap Bakker vervolgt zijn hoofdstuk met het roemen van Drs. P’s als verstheoreticus, waarmee die een fundament onder het werk van de plezierdichters legde. Bakker noemt vijf wapenfeiten. Ik citeer:
1. hij bedacht de term plezierdichten en gaf er inhoud aan;
2. hij stelde kwaliteitsnormen op;
3. hij ontwikkelde een passend begrippenapparaat;
4. hij bracht de bruikbare vaste versvormen bijeen;
5. hij introduceerde een groot aantal nieuwe versvormen.
Jaap Bakker
Bakker licht elke van deze verdiensten daarna uitvoerig toe. Zo schrijft hij bij 2 (Kwaliteitsnormen):
Aan zichzelf stelde Drs. P nog hogere eisen (dan strikter dan strikt zijn, FV) dan aan zijn discipelen: voor hem moesten rijmuitgangen niet alleen identiek klinken, maar ook identiek worden gespeld. Dus rijmen als had / kat, mouw / rauw, rijm / geheim, job / kop of ui / fauteuil waren allemaal taboe. […] Hij had dat kennelijk nodig om zichzelf tot creativiteit te prikkelen (hij dichtte ook graag over verplichte onderwerpen, door anderen of zichzelf aangereikt).
Verderop in zijn betoog noemt Bakker de versvorm ollekebolleke – die van het bovenstaande gedicht – als voorbeeld van die hogere eisen. Nogmaals een citaat:
Het ollekebolleke […] is ongetwijfeld de belangrijkste versificatorische creatie van Drs. P. Hij baseerde zich op de versvorm double dactyl, in 1951 bedacht door de Amerikanen John Hollander en Anthony Hecht [*]. Double dactyls beginnen altijd met een nonsenswoord, zoals higgledy-piggledy. Hier een kenmerkend voorbeeld van de hand van Hollander:
Higgledy-piggledy
Herod Antipater
After the Dance, had the
Lunch-table set:
“Balletomania,
Bah! I hust wanted a
Niche dish of tête de pro-
Phète, vinaigrette.”
.
Dit stramien werd door Drs. P op vier punten verbeterd:
1. het nonsenswoord in regel 1 is vervangen door een bij het vers passende aanhef, kreet, uitroep of verzuchting. Hierdoor stijgt het aantal benutbare lettergrepen van 38 naar 44 – men kan dus 15% meer informatie kwijt;
2. de verplichting om in regel 2 een zeslettergrepige persoonsnaam te plaatsen, is opgeheven: ieder onderwerp is welkom;
3. het zeslettergrepige woord, dat in het origineel kon opduiken in regel 5, 6 of 7, is gefixeerd in regel 6. Hierdoor kan de gedachte die door de hexasyllabe wordt uitgedrukt, optimaal worden voorbereid en afgemaakt;
4. de regels 3-4 en 7-8 mogen elk zo kort of lang zijn als stilistisch wenselijk is; zo worden lelijke en onlogische afbrekingen voorkomen.
Aan het slot van zijn hoofdstuk schrijft Bakker over bovenstaand gedicht van Drs. P. Een ollekebolleke dus, maar zonder zijn eigen verbeteringen, want
1. er is géén passende aanhef, kreet, uitroep of verzuchting;
2. er is géén definiëring van het onderwerp;
3. er is géén zeslettergrepig woord gefixeerd in regel 6 en ook niet, zoals in het origineel, in regel 5, 6 óf 7; het staat er in alle drie tegelijk!
Verklaring:, zo schrijf Bakker:
Een andere bron van vreugde voor dichters die zich aan vormdiscipline onderwerpen is het welbewust overtreden van de voorschriften.
Wordt vervolgd!
[*]
De bedenkers van de versvorm ollekebolleke zijn dus de Amerikanen John Hollander en Anthony Hecht. Anthony: de dactylus als voornaam; Hollander: de dactylus als achternaam. Dat is nooit ergens genoemd. Puur toeval? Ik geloof er niks van.
Voice of America
Anthony, Hollander
Ollekebolleke
Vondst van die twee
Meester Magnificus
Zeslettergrepigheid
Zwitser te Nederland
Doc'trandus P [FV]
Wordt vervolgd!