zondag 02 december 2018
[Luister hier.]
Goeienavond Toos, goeienavond Toos
Waar bleef je toch zo lang? Ik wacht al een hele poos
Nee, ik ben niet nijdig, maar mijn rozen zijn verlept
En nou zie ik in enen dat je al rozen hebt
Dat zijn hele mooie rozen, die zijn werkelijk grandioos
Goeienavond Toos, goeienavond Toos
Je haar zit in de war en er staat geen zuchtje wind!
En je ogen staan zo raar, met een bloeddoorlopen tint
En je beweegt je schokkerig, bent helemaal verhit
En je bloesje is mosgroen, dat was gisteren nog wit
Als ik je zo aankijk, dan denk ik: er is wat loos
Goeienavond Toos, goeienavond Toos
Ja, het is wel warm, dat ben ik met je eens
Maar heb je paardgereden? Je loopt wel erg wijdbeens
Er is toch niet iets ergs gebeurd? Er slaan dampen van je doos
Goeienavond Toos, goeienavond Toos
Nee, ik ben niet achterdochtig, wat mankeert je toch vandaag?
Maar je rokje zit verkreukeld, er zit sperma op je kraag
Ik heb opeens geen honger meer, nee, ik ben niet boos
Maar ik ga nu naar huis toe. Goeienavond Toos
En geef me maar geen afscheidskus, dat is me veel te close
Goeienavond Toos
Het moet het onverwachte verkoopsucces van de Levi Weemoedt-bloemlezing (lees hier) zijn geweest dat Uitgeverij Nijgh & Van Ditmar op het idee bracht ook snel een soortgelijk boekje uit te geven met werk van Weemoedts tragische-komische vakbroeder: Hans Dorrestijn. Het moest zo snel dat er niet eens tijd was voor een voorwoord of bronvermelding en dus zijn er zomaar lukraak wat leuke liedjes en versjes bij elkaar geraapt. Voornamelijk oud werk en bij lange na niet het beste. Oftewel: een totaal overbodig boekje.
Een andere keer kies ik graag een beter lied dan het bovenstaande, maar Dorrestijn heeft in deze rubriek sowieso niet over aandacht te klagen: zijn werk stond al 13 (!) keer eerder centraal.