vrijdag 29 juni 2018
Je had me stevig in jouw greep dus gaf ik mij over aan je
technisch foute Weense wals. En ik lachte. Ik lachte als een
vrolijk, klein kind. Je zwierde me door de living, ontelbare keren.
Maar hoe langer je weg bent, hoe banger ik word. Dat ik alles
zelf aan het verzinnen ben. De Weense wals. Het vrolijke,
kleine kind. Dat ik aan valse herinneringen aan het bouwen ben.
2016
Vandaag opzienbarende poëzie – althans in letterlijke zin.
Sinds 2012 deelt Siel Verhanneman (Kortrijk, 1989) korte poëtische stukjes (gedichten en verhalen) op sociale media: Instagram en Facebook-nieuwsfeed. Dit onder het pseudoniem Vijftiendeverdieping en onder het motto: ik heb erge dingen meegemaakt (het overlijden van haar vader) en weet me soms ook geen raad (het getob met de liefde), al komt heus weer goed (het hervinden van de liefde) – door dat te delen, wil zij andere ervaringsdeskundigen een hart onder de riem steken.
Verhannemans teksten worden onmiddellijk massaal gedeeld. Vierduizend volgers en heel veel enthousiaste reacties. Zoveel dat zij april 2016 besluit in eigen beheer een bundel met die teksten uit te brengen. Titel: Als ik stil ben heb ik een bos in mijn hoofd, met illustraties van Larissa Viaene.
De bestellingen stromen haar mailbox en veel boekhandels binnen. De vierhonderd exemplaren zijn in korte tijd op. Uitgeverij Manteau biedt aan de bundel, die zal gaan behoren tot de bestverkochte van Vlaanderen, te herdrukken in januari 2017 en nogmaals in september.
Inmiddels is ook de opvolger er: Zo scherp je kon er ook niet geweest zijn, wederom met medewerking van Larissa Viaene.
Ik snap de motieven van de dichteres en haar uitgeverij om nu al met een opvolger te komen, maar vind dat het te snel is en lees dat af aan de kwaliteit van haar teksten. Om toch aandacht aan deze bundels te besteden, kies ik daarom voor drie teksten uit de eerste bundel: hierboven over het missen, hieronder over het tobben:
Je nam mijn beide armen
toen ik je één vinger gaf
nu heb je ze mee
en ik
voorgoed
uit evenwicht
En tenslotte de derde, getiteld Je was het helemaal vergeten, over het evenwicht dat zich herstelt als het voorgoed uit evenwicht toch minder dramatisch en slechts tijdelijk blijkt te zijn:
Tot hij je kin tussen zijn duim- en wijsvinger neemt
en je zijn aanraking voelt tot in je onderbuik.
Tot hij zijn mond op die van jou drukt en de
seconden veel langer duren dan gewoonlijk.
Tot hij na het kussen zacht op je onderlip bijt en
glimlacht en je knieën plots van wol lijken te zijn.