maandag 09 april 2018
Troost in deze dagen is vooral hoe zij W’s ogen
met hunkering vult tot aan de rand, zijn handen
met steeds meer herinnering aan haar huid. W en zij kennen
alle donkere portieken in de buurt, alle verscholen banken
in parken en plantsoenen, zij weet elke sluipweg
door dikke winterkleren naar zijn kruis. Zijn vingers
leren en leren hoe & waar en zacht & langzaam
te reizen langs haar buik omlaag en daar waarom.
Zeker zijn er andere uren andere plaatsen, maar
die lijken alleen een af te leggen weg hierheen.
Behalve misschien lezen. Lezen is de andere totale
belevenis die dode gedachten uitwist. Als eerste misschien
Other Voices, Other Rooms, dan
A Farewell to Arms, hoe huilerig later
ook bevonden, dan Wanderer, kommst du nach Spa…
omdat het vol stank en lawaai van oorlog zit
maar ook sporen van ander leven bevat,
schoolbord en krijt, een Griekse tekst in schoonschrift.
En ook ‘pity this busy monster, manunkind, ‘not’ en Unser Freund Peregrin
en ‘Es kommen härtige Tage’, ‘Wij stonden in de keuken, zij en ik’ –
waar ligt de waarheid tussen hard en zacht.
2018
Wij gaan terug in de tijd, want ik begon achterin de bundel met twee gedichten (zie hier en hier) over de oudgeworden dichter, die terugblikt, stilstaat en vooruitkijkt met zijn vrouw gelukkig nog altijd naast zich. Daarna (zie hier) over de vader wiens dochters het huis verlaten en de dichter die langzaam het ambacht van vertalen leert. Nu lees ik verder terug: de puber die zich bewust wordt van twee liefdes: die voor het lijf en het lezen, of in groter verband: de belichaamde Liefde en het leven in Literatuur.
Voor wie thuis is in die literatuur:
de citaten pity this busy monster, manunkind, not komen uit E. E. Cummings I X 1 (One Times One), Es kommen härtige Tage uit Ingeborg Bachmanns Die gestundete Zeit en Wij stonden in de keuken zij, en ik is natuurlijk de beginregel van het gedicht Impasse van Martinus Nijhoff;
het boek Unser Freund Peregrin. Aufzeichnungen des Jürgen Brook. Eine Erzählung is van Ina Seidel.