donderdag 06 juli 2017
wanneer ze liggen, kruip je op
wanneer ze kruipen, ga je liggen
stel ik tevreden vast
neergelegd heb ik je tussen het andere grut
van de crèche, waar jasjes hangen als vlinders
met lege handen zal ik huiswaarts gaan
daar waar je net nog in je bedje lag
ook afscheid nemen kent z'n routine
in je verschijnt de verzetsbeweging
ik weet dat je gehuil theater is
(alles is theater, van de wieg tot het graf)
het gemis dat je in me achterlaat
omrand met heimelijk plezier
tegensputteren want niemand wordt graag
achtergelaten in een ruimte vol mogelijkheden
(waar het lot zich tegen zijn maker keert)
je aanstaande geschiedenis
die je voetje voor voetje nadert
Kom, ik moet eens gaan,
genoeg getreuzeld en me een reus gevoeld
buiten kijk ik door het raam
naar binnen, waar je tegen
de cipiers van je vrijheid
brabbelend ageert
je legt je niet neer bij je gevangenschap
ga tegen het naderend licht tekeer
zoals iedereen zou moeten doen
ik incluis
2017
Jeroen van Kan koos als dichterspseudoniem voor de naam Wesley Albstmeyer, want het literaire tijdschrift Het Liegend Konijn (zie ook hier) rangschikt de honderden nieuwe gedichten elk half jaar op alfabet. Dan stond hij altijd mooi vooraan. Ook Abdelkader Benali (975) heeft dat geluk. In het eerste nummer van 2017 eist hij de tweede plaats op, meteen na debutante Tina van Baren.
Het is tien jaar geleden dat Benali een poëziebundel presenteerde. Hij heeft meer te doen. De Marokkaanse Nederlander is tv-maker, zoals van reportages, interviews en zelfs een serie rond zijn gezin op ontdekkingsreis door zijn geboorteland. En hij is schrijver, van verhalen, romans, toneelstukken, essays, artikelen, recensies en dus ook gedichten.
Het Liegend Konijn publiceert vier nieuwe gedichten, alle handelend over de kleine dochter van de dichter en de verandering die haar komst heeft op diens gezinsleven. Morgen nog eentje.