donderdag 04 mei 2017
op haar 70ste verjaardag
Uit een winter van sneeuw en ijs kwam onze schaatster voor het licht,
En van gezang en spanten geschapen is onze Sus, van
Lentes verliefdheden, zoals zij daar glijdt: haar warmte smelt
De afstand tussen de steden, haar ogen lichtende wakken
Als de sterren boven Thialf, haar handen als vrachten lichtheid
Op haar rug of in actieve rust sneeuwwit van schema's,
Haar lachen het inzepen van het meisje dat erom vraagt,
Haar praten het gepaard rijden van tongen die van woorden houden,
Zuster van de fleurige vorst van de sierlijkheid die knielt
Voor mij voor het altaar van de aerodynamica, Sus, en
Vlieg met mij, hoewel ik tachtig wil, met slechts zeventig door de bocht.
2007
Tsjêbbe Hettinga was een sporter en een goeie! Hij was 14 jaar en ging liever hardlopen en schaatsen dan naar de ulo. De drie kilometer van huis naar school rende hij, totdat de directeur het hem - onder hevig protest van de hardloper zelf- verbood, omdat zijn leerling daardoor te vermoeid aan de lessen begon.
Bij de schaatstrainingen voor de selectiewedstrijden in Heerenveen merkte hij dat zijn zicht achteruit ging. Nachtblindheid, dacht hij. Totdat hij ook overdag minder zag. Door zijn ziekte moest hij al vrij snel stoppen met wedstrijdsport.
Maar schaatsen bleef hij: achter een vriendin die hem leidde. Dat is deze vriendin: Sus Wassenaar (1937). Hij schreef bovenstaand gedicht ter gelegenheid van haar zeventigste verjaardag, droeg het aan haar op en toen ook voor haar voor. Benno Barnards vertaling kwam opnieuw tot stand in samenwerking met Tsead Bruinja en Teake Oppewal.
Mooiste zin: har eagen wekken ljochsjend al as de stjerren boppe Thialf. Blind op iemand vertrouwen, ook letterlijk: haar ogen lichtende wakken...