woensdag 01 maart 2017
Net als de zon, met purperkleurig gezicht,
Zijn laatste afscheid had genomen van de wenende morgen,
Zo haastte Adonis, met rozenwangen, zich naar de jacht;
Jagen had hij lief, maar om de liefde lachte hij smalend;
Venus, minneziek, ijlt zich naar hem toe,
En begint, het gezicht onverschrokken als dat van een verzoeker, hem te vrijen.
2016
De eerste strofe van Venus & Adonis. het eerste lange verhalende gedicht van William Shakespeare (1564-1616). Het verscheen in 1593. Shakespeare was toen al vermaard als toneelschrijver en is er verondersteld dat hij het schreef omdat in die periode de theaters gesloten waren vanwege een pestepidemie in Londen.
Juist toen de zon met purpergouden pracht
Vaarwel zei de betraande ochtenstond,
Haastte de schone Adonis zich ter jacht -
Zijn hart van jagen, niet van min doorwond.
Smachtend snelt Venus dan achter hem aan.
En vangt opdringerig met minnen aan.
Deze laatste vertaling is van Jan Jonk en die is trouw aan Shakespeares gedicht van 1194 regels: strofes van steeds zes regels met als rijmschema a-b-a-b-c-c. Dat elke regel ook nog eens uit tien jambische (onbeklemtoond-beklemtoond) lettergrepen moet bestaan, heeft Jonk al losgelaten. Maar Hafid Bouazza (1970) kijkt helemaal niet naar rijm en rijmschema. Van hem is dan ook de bovenste vertaling.
Ook Bouazza vertelt het verhaal van Shakespeare, die zich weer baseerde op het gelijknamige, tweeduizend jaar oude verhaal van Ovidius. Venus is verliefd op Adonis en om hem van de jacht af te houden, probeert zij hem te verleiden. Maar tevergeefs, want hij heeft meer met zwijnen dan met vrouwen. En dan gaat het tijdens de jacht ook nog eens mis en Adonis sterft.
Waarom kies ik vandaag voor dit fragment? Omdat de Venus & Adonis van Hafid Bouazza is uitgegeven met illustraties die Marlene Dumas speciaal voor dit boek maakte. En omdat naast de (tweetalige) handelseditie ervan zojuist ook een prachtige gelimiteerde luxe-uitgave is verschenen. Daarin komt Dumas' werk nog beter tot zijn recht. In deze dichtrubriek worden de dichters - William Shakespeare zeker, maar ook Jan Jonk en Hafid Bouazza - er deze keer zelfs bijzaak door.
Hierboven het omslag de handelseditie; hieronder een prent en het omslag van de luxe uitgave. Daaronder werk van Dumas in de kunstcollectie van Het Rode Huis.