zondag 04 december 2016
Vestdijk en Ans Koster met hun twee honden. Het gedicht is aan Ans Koster opgrdragen
Doodgaan is de kunst om levende beelden
Met evenveel gelatenheid te dulden
Als toen zij nog hun rol in 't leven speelden,
Ons soms verveelden, en nochtans vervulden.
Hier stond ons huis; hier liep zij met de honden;
Hier maakte zij de bruine halsband los;
Hier hebben wij de stinkzwammen gevonden,
Op een beschutte plek in 't sparrenbos.
Doodgaan is niet de aangrijpende gedachte,
dat zij voortaan alleen die paden gaat, -
Want niemand is alleen die af kan wachten,
En niemand treurt die wandelt langs de straat.
Maar dat dit alles wàs: een werk'lijkheid,
Die duren zal tot de uiterste seconde;
Dit is de ware wedloop met de tijd:
De halsband los, en zij met de twee honden.
1944
Het gedicht in het handschrift van Simon Vestdijk
Tussen 1978 en 1985 verschenen alle 52 romans van Simon Vestdijk (1898-1971) in een prachtige reeks Verzamelde romans: fraai gebonden boeken met zeer kleurige omslagen. Ik trouwde in 1978 met Carla en zij constateerde hoe zeer ik uitzag naar het verschijnen van elk deel.
Wij werkten op dat moment beiden als verpleegkundige in de zwakzinnigenzorg, maar ik wist al dat ik iets heel anders wilde gaan doen: Nederlands studeren. Over die wens correspondeerde ik veelvuldig met liedauteur, maar poeet-in-wording Ed Leeflang, met wie ik inmiddels dik bevriend raakte. In 1979 debuteerde hij als dichter met de prachtbundel De hazen en andere gedichten (zie Gedrag en Een groene linnenkast en Het kind). Hij is er de reden van geweest dat ik de verpleging enkele jaren later al grotendeels verruilde voor de literatuur en later zelfs, anders dan bedoeld, leraar Nederlands werd.
Terug naar Vestdijk. Mijn bewondering voor deze auteur bracht mijn kersverse echtgenote tot het volgende voorstel: wij koken niet langer om en om, maar ik zorg voortaan elke dag voor het eten op de voorwaarde dat jij bij mij komt zitten als ik de maaltijd voorberereid. Dan lees jij mij voor uit het werk van de auteur die jij zo bewondert: Simon Vestdijk. Niet alleen ik, maar ook zij heeft daardoor al zijn 52 romans gelezen.
Omdat ons huwelijk eindig bleek, zijn wij aan de gedichten en verhalen en essays uiteindelijk niet meer toegekomen. Dat vind ik nog altijd zonde voor haar.
[PS. Vestdijk is met maar liefst tien gedichten vertegenwoordigd in de bloemlezing De Nederlandse poëzie van de twintigste en eenentwintigste eeuw in 1000 en enige gedichten, samengesteld door Ilja Leonard Pfeijffer. Ik wees in deze rubriek al enkele keren op de slordigheden in deze bundel. Volgens de inhoudsopgave is zijn werk te vinden op pagina 147, maar daar staat het beroemde kwatrijn óver veelschrijver Vestdijk, van de hand van Adriaan Roland Holst:
Wat mag het raadsel van uw arbeid wezen?
Muur van den Geest, waar die van de Chinezen
te kort bij schiet - O, Tegenpool van Bloem!
O, Gij, die sneller schrijft dan God kan lezen!
Werk vàn Vestdijk vind je bij Pfeijffer vanaf pagina 237.)
Hieronder Simon Vestdijk in mijn blibliotheek.
Foto 1: honderd boeken van en over hem;
foto 2: de 52 romans + 1 onvoltooide + de verzamelde verhalen en gedichten;
foto 3: de Vestdijkkroniek, het kwartaaltijdschrift over de auteur.
Foto 1: van en over Vestdijk
Foto 2: de verzamelde romans, verhalen en gedichten
Foto 3: het tijdschrift over hem